Scheepsbel


SCHEEPSBEL


Een scheepsbel is een - vaak geelkoperen - bel, die aan boord van een schip hangt. Aan de klepel is een ‘allemansend’ bevestigd om het mogelijk te maken deze te luiden.

Op de zeevaart werd vroeger de scheepsbel geluid om het aantal ‘glazen’ aan te geven ten behoeve van de scheepswachten. De bel hing naast een 'glas', een zandloper die elke dertig minuten aangaf. Iedere dertig minuten werd de bel geluid. Als dat acht keer gedaan was, werd de wacht afgelost.
In de Rijnvaart was de scheepsbel vroeger het communicatiemiddel tussen de sleepboot en de sleepschepen in de sleep. Als een sleep geformeerd (aangemaakt) was en als alle vlaggen in top waren, werd op de scheepsbel van de sleepboot een lange roffel gevolgd door drie (mogelijk vier) slagen gegeven. Tijdens dit zogenaamde bellen ‘In Gods naam’ deden de schippers even de pet voor de ogen en er werd er gebeden voor een behouden vaart. Langzaam begon de sleep dan aan de lange reis.

Met een sleep ten anker komen en weer beginnen.
Bij het ten anker komen, b.v. voor de nachtrust, liet de kapitein van de sleepboot circa een half uur van te voren de scheepbel luiden met een serie slagen gevolgd door één eindslag (!!!!!*), ten teken dat men ging ankeren. De tweede keer, een kwartier later, werd weer een serie slagen op de bel gegeven gevolgd door twee eindslagen (!!!!!**). De sleepboot ging nu stoppen en liet de sleep uitlopen, maar zorgde dat de strangen tussen hem en de en de sleepschepen strak bleven. Constateerde de kapitein dat alle schepen geen vaart meer maakten en stil lagen dan belde hij voor de derde maal (!!!!!***) en lieten de schepen tegelijkertijd het anker vallen waardoor de juiste afstand tussen de schepen onderling gehandhaafd bleef.

’s Morgens bij het beginnen volgde dezelfde gang van zaken, maar nu in omgekeerde volgorde. De eerste keer (!!!!!*), opstaan en we beginnen over een half uur. De tweede keer (!!!!!**), aan dek komen. De derde keer (!!!!!***), ankers hieuwen, ik ga trekken. Nog even hierbij vermeld, zodra men ten anker was gegaan ging de vlag of lantaarn halfstok. Was ’s morgens bij het gesleepte schip het anker hoog en klaar dan ging de vlag of lantaarn weer in top. Waren deze bij alle schepen in top begon de sleepboot weer vaart in de sleep te brengen.

Scheepsbellen worden nog steeds gebruikt op sommige veerboten om aan te geven dat hij bijna vertrekt of als teken van nostalgie. In het Binnenvaartmuseum hangen op diverse locaties scheepsbellen afkomstig van diverse type binnenschepen.



1 / 8
De sleep is gereed en de reis kan beginnen. Hierna werd door de kapitein het ‘In Gods naam’ gebeld en werd de pet in de hand genomen - Foto: Nationaal archief
2 / 8
Onder aan de bel is het ‘allemansend’ bevestigd om het mogelijk te maken deze te luiden
3 / 8
De scheepsbel van de radersleepboot RAGNAR – Foto: L. Schuitemaker
4 / 8
De scheepsbel van het motortankschip AQUITANIA. Deze was bij het in de vaart komen in 1957 met haar 2124 ton de grootste binnenvaarttanker in Europa
5 / 8
Vaak kreeg de scheepsbel een ander kleurtje – Foto: L. Schuitemaker
6 / 8
De scheepsbel van de stoomsleepboot NARVIK uit 1910. Op 16-04-1957 werd deze sleepboot als ANNARD door een ontploffing zwaar beschadigd en is gesloopt. Maar de scheepsbel heeft het overleeft en hing later op het motorvrachtschip NESKA 92 en de HENRI-M. De eigenaar van de HENRI-M heeft deze historische scheepsbel aan het museum geschonken
7 / 8
De scheepsbel van de SWTZERLAND II wordt gepoetst met de bekende Brasso
8 / 8
Maar ook in het Binnenvaartvaartmuseum wordt gepoetst