Prinses Irene

Type: opleidingsschip
Scheepsnaam: prinses irene
MOTOR – PK: bolnes – 250 pk
Afmeting: 54,05 X 7,07 M


De aanschaf van opleidingsschepen ten behoeve van het binnenvaart- en zeevaartonderwijs is in ons land vele jaren onderwerp van discussie geweest. Een aantal zeevaartscholen had reeds vanaf het begin van de 20ste eeuw hun eigen oefenscheepjes, school gebonden dus. Landelijk werd er in dit opzicht niets ondernomen. Praktische vakopleiding in eigen hand dus, maar de overheid had er geen oor naar, een nationaal schoolschip bleek geen haalbare kaart, terwijl rederijen er weinig voor voelden financieel bij te springen.

Het eerste opleidingsschip was de PRINS HENDRIK. Deze werd op 03-09-1921 door prins Hendrik in dienst gesteld bij het Koninklijk Onderwijsfonds (KOF). De resultaten van de oefentochten met de PRINS HENDRIK werden alleszins bevredigend geacht en door het ontstane gebrek aan vaarcapaciteit werd in het begin van 1930 besloten een nieuw en groter schip te bouwen om als 2e instructievaartuig dienst te doen. In augustus 1931 kwam de PRINSES JULIANA in de vaart.

Als gevolg van het toenemende aantal leerlingen van de dag nijverheidsscholen voorzag het bestuur van het KOF in 1955, dat de beschikbare vaartijd per leerling te gering zou worden. Bovendien schreed de techniek in de binnenvaart snel voort en werd het noodzakelijk de vaartijd door te brengen op een instructievaartuig, dat zou voldoen aan de moderne navigatie-eisen. Gedacht werd aan een motorschip, waarmede een gehele klas tegelijk kon oefenen en dat geschikt zou moeten zijn om ook de ruime vaarwaters en de Midden- en Bovenrijn te bevaren.

In 1960 komt de PRINSES BEATRIX in de vaart. Het vaartuig heeft het aanzien van een toen moderne Kempenaar, is 53,50 m lang, 7,08 m breed, heeft een diepgang van 1,65 m en is uitgerust met een 250 pk Bolnes motor. De bemanning bestaat uit kapitein, stuurman, machinist, twee bootslieden en een kok hofmeester, terwijl maximaal 28 leerlingen kunnen meevaren.

Op 18-12-1961 heeft de inschrijving plaats voor het bouwen van nog twee instructievaartuigen van nagenoeg hetzelfde type als de PRINSES BEATRIX. De nieuwe vaartuigen worden een halve meter langer om wat meer ruimte in de machinekamer te krijgen. De doop en de tewaterlating van het eerste schip geschieden op resp. 9 en 11 oktober 1962, waarbij dit de naam PRINSES IRENE krijgt. Op 07-06-1963 komt het volgende schip als PRINSES CHRISTINA in de vaart.

In 1995 en 1996 worden de opleidingsschepen ingrijpend gerenoveerd. Na dertig jaar waren de schepen toe aan een fikse facelift, want inmiddels zijn de eisen die ja aan dergelijke schepen mag stellen behoorlijk veranderd. In 2005 wordt de PRINSES IRENE verkocht aan de Franse Rijn en Binnenvaartschool in Straatsburg.



1 / 4
De binnenvaartvloot van het KOF voor anker in Boppard – Foto: M.J. Verkaik (03-07-1968)
2 / 4
De PRINSES IRENE in Millingen op 10-07-1990 – Foto: L. Schuitemaker
3 / 3
Hier passeert de PRINSES IRENE St. Goar – Foto: G. Schuth (19-09-2003)
4 / 4
De PRINSES IRENE voor de Franse Rijn- en Binnenvaartschool in Straatsburg – Foto: L. Schuitemaker (31-08-2008)

Eerst bekende gegevens:

- Gebouwd met de naam Prinses Irene
- EU Nummer: 2005915
- Bouwnummer: 772
- Bouwjaar: 1962
- Bouwwerf: A. Vuijk & Zn. in Capelle a/d IJssel 
- 1ste eigenaar: Koninklijk Onderwijsfonds in Amsterdam
- Nationaliteit: Nederland

Zie voor meer info de databank ‘De Binnenvaartschepen’: klik hier